Waterkwaliteit en het meten van PPM zijn ontzettend belangrijk, niet alleen voor de gezondheid van je lichaam, maar ook voor het welzijn van onze planeet. Want laten we eerlijk zijn, wie wil er nou geen schoon en verfrissend drinkwater? Door de concentratie van opgeloste stoffen in water te meten, uitgedrukt in parts per million (PPM), kunnen we de kwaliteit van ons kostbare water beoordelen. Het is een manier om mogelijke verontreinigingen op te sporen, onze gezondheid te beschermen en actie te ondernemen om de waterkwaliteit te verbeteren.

Wat is waterkwaliteit?

Waterkwaliteit verwijst naar de fysieke, chemische en biologische eigenschappen van water, die bepalen of het geschikt is voor verschillende doeleinden, zoals drinkwater, recreatie, landbouw en industrieel gebruik. Het is belangrijk om de waterkwaliteit te meten en te bewaken om ervoor te zorgen dat het water veilig is voor menselijk gebruik en om de gezondheid van aquatische ecosystemen te behouden. Dit wordt gedaan door verschillende instanties zoals nationale overheden, waterschappen, drinkwaterbedrijven en onderzoeksinstituten. Verschillende parameters beïnvloeden de waterkwaliteit. Een belangrijke parameter is de pH-waarde, die aangeeft of het water zuur, neutraal of basisch is. Andere parameters zijn de concentratie van opgeloste stoffen, uitgedrukt in parts per million (PPM) en het aantal bacteriën en micro-organismen in het water.

Wat is PPM?

PPM wordt gebruikt om de concentratie van stoffen in water te meten. Het vertegenwoordigt het aantal deeltjes van een bepaalde stof per miljoen deeltjes water. De PPM kan dus ook variëren afhankelijk van de stof waarvoor je de concentratie meet. Dit is een handige eenheid om kleine hoeveelheden stoffen in water te meten, aangezien sommige stoffen zelfs in zeer lage concentraties significant kunnen zijn voor de waterkwaliteit.

Door PPM te gebruiken, kunnen we beoordelen of ze binnen veilige limieten vallen. Bijvoorbeeld, de PPM van bepaalde mineralen zoals calcium, magnesium en ijzer kan helpen bepalen of het water geschikt is voor menselijke consumptie. Ook bij het beoordelen van waterverontreiniging kan het meten van de PPM van verontreinigende stoffen zoals pesticiden, zware metalen of bacteriën ons inzicht geven in de waterkwaliteit en de mogelijke risico’s voor de gezondheid.

Waarom is het belangrijk om de waterkwaliteit te controleren?

Het controleren van de waterkwaliteit is van belang vanwege de ernstige gevolgen die slechte waterkwaliteit heeft op onze gezondheid. Verontreinigd water veroorzaakt verschillende ziekten en aandoeningen. Bacteriële verontreinigingen, zoals E. coli, kunnen leiden tot maag- en darmstoornissen, braken en diarree. Water dat besmet is met chemische stoffen – zoals zware metalen, pesticiden of industriële afvalstoffen – kan langetermijneffecten hebben op onze gezondheid, waaronder nierproblemen, leveraandoeningen, neurologische stoornissen en zelfs kanker. Door de waterkwaliteit regelmatig te controleren, kunnen we potentiële risico’s vroegtijdig opsporen en passende maatregelen nemen om de verontreiniging te verminderen of te elimineren.

Hoe meet je PPM in water?

Er zijn verschillende methoden en instrumenten beschikbaar om PPM in water te meten. Zo maakt spectrofotometrie gebruik van een spectrofotometer om de absorptie of doorlaatbaarheid van licht te meten, waarmee de PPM-waarde kan worden bepaald. Een andere optie is het gebruik van elektrochemische sensoren, die reageren op specifieke stoffen in het water. Het watermonster wordt in contact gebracht met de sensor, en de resulterende elektrische signalen worden gemeten en omgezet in PPM-waarden. Bij chromatografie wordt het watermonster geïnjecteerd in een chromatografiesysteem, waar het wordt gescheiden in verschillende pieken die corresponderen met specifieke stoffen. De piekgebieden worden geanalyseerd om de PPM-waarden van de stoffen te bepalen. Het juiste instrument of de juiste methode kan afhangen van de specifieke stoffen die je wilt meten en de beschikbare middelen.

Richtlijnen voor waterkwaliteit in Nederland

De richtlijnen voor waterkwaliteit, of beter gezegd de wettelijke eisen, voor Nederland kun je vinden in het Drinkwaterbesluit. Deze eisen komen weer voort uit Europese richtlijnen, te weten de Europese Drinkwaterrichtlijn. In het Drinkwaterbesluit worden veel stoffen en organismen genoemd. Enkele stoffen en de toegestane limieten:

  • Totale hardheid: Niet meer dan 25 °dH (Duitse graden hardheid).
  • pH: Moet tussen 6,5 en 9,5 liggen.
  • Nitraat: Mag maximaal 50 mg/l zijn.
  • Nitriet: Moet lager zijn dan 0,1 mg/l.
  • Ammonium: Mag niet hoger zijn dan 0,05 mg/l.
  • Chloride: Moet onder de 250 mg/l blijven.
  • Sulfaat: Mag niet hoger zijn dan 240 mg/l.
  • Calcium: Mag maximaal 75 mg/l zijn.
  • Magnesium: Moet lager zijn dan 50 mg/l.
  • Ijzer: Mag niet hoger zijn dan 0,2 mg/l.

De bovengenoemde limieten zijn in milligram per liter (mg/l). Je kunt de ppm berekenen door de waarde in mg/l te vermenigvuldigen met 1.000, omdat 1 mg/l gelijk is aan 1 ppm.

Het complete Drinkwaterbesluit (en de limieten van alle stoffen en organismen in Bijlage A van het besluit) kun je hier lezen

Bescherming van Gezondheid en Milieu

Het meten van de kwaliteit van water en het bepalen van de PPM-waarden zijn heel belangrijk om onze iedereen gezond te houden en het milieu te beschermen. Verontreinigingen in water kunnen nare gezondheidsproblemen veroorzaken en ook slecht zijn voor de natuur. Daarom is het belangrijk om regelmatig de waterkwaliteit te controleren en de PPM-waarden te meten. Zo kunnen we gevaren herkennen, actie ondernemen en ervoor zorgen dat het drinkwater aan de normen voldoet. We moeten ons bewust zijn van watervervuiling en samenwerken om ervoor te zorgen dat we nu en in de toekomst schoon drinkwater hebben. Laten we goed voor onze waterbronnen zorgen en ervoor zorgen dat de PPM-niveaus altijd binnen de toegestane limieten blijven.